Vorm in Herhaling II

De tentoonstelling brengt acht hedendaagse kunstenaars bij elkaar die vanuit verschillende achtergronden en technieken werk maakten rond het bekende thema: vorm in herhaling.

De tentoonstelling is een vervolg op de tentoonstelling ‘Vorm in Herhaling’ die eerder dit jaar bij ons te zien was. Het thema krijgt nu een geheel nieuwe invulling.

Met videowerk van Nicola Godman, grafiek en ruimtelijk werk van Janske Hombergen, schilderijen van Wenda Kieskamp, Francis Konings en Marius van Zandwijk, tekeningen van Gemma Rakels en beelden van Anneke de Witte en Hubert Zeeman.

Nicola Godman (SE, 1989) studeerde kunst en media in Zweden en Finland voordat zij in 2016 haar diploma Fine Arts behaalde aan de Gerrit Rietveld Academie in Amsterdam, waar zij nu woont en werkt. Godman gebruikt installatie, video, sculptuur en performance om plaats- en tijdgebonden werk te maken dat vaak zelf ook als plek of landschap kan worden gezien. Het hier tentoongestelde werk Walker, Shoe and Jacket is een video-triptiek geïnspireerd op een onderzoek naar het faux terrain van vroege panoramagebouwen, zoals Panorama Mesdag in Den Haag, en is gemaakt tijdens een residency bij Nida Art Colony in Litouwen. In dit werk wordt de beweging van de camera, die steeds 36o graden draait, herhaald. Zo worden panorama´s gecreëerd die mede door de interventies van de kunstenaar elk hun eigen verhaal vertellen.

Janske Hombergen (NL, 1973) studeerde 3D-design aan de Hogeschool voor de Kunsten in Arnhem en volgde een minor Bouwtechniek aan ArtEZ. Ze maakt ruimtelijke installaties waarmee zij persoonlijke ervaringen vertaalt naar een universele beeldtaal. Gebruikmakend van plexiglas, neonlicht, draden en kleurvlakken, isoleert zij fenomenen zoals groei en beweging. Op deze tentoonstelling toont Hombergen zeefdrukken als ook het ruimtelijke werk Still waarmee zij het aanwezige licht in de ruimte voelbaar en zichtbaar maakt.

Wenda Kieskamp (NL, 1974) studeerde Vrije Kunst aan de Hogeschool voor de Kunsten in Arnhem en in 2005 sloot ze een tweejarige werkperiode af aan de Rijksakademie van Beelden Kunsten in Amsterdam. Ze schildert landschappen waarin de menselijke verhouding tot de natuur centraal staat: verhalende, betekenisvolle beelden, soms van vergankelijkheid, eenzaamheid en onvermogen; soms van kracht, verbinding en eenheid. De laatste jaren laat Kieskamp zich inspireren door ovaal-ronde vormen in het landschap: mossen op stammen, lichtvlekken, kleine wolken, belletjes in het water. Zij ziet er een lichte, zachte, levendige oervorm in, die zich versterkt als hij wordt herhaald. Ook in het tentoongestelde werk is een herhaling van ovaal-ronde vormen zichtbaar, als een ritme van structuren. Met het kleurgebruik benadrukt Kieskamp details en laat zij de intensiteit van een plek zien.

Francis Konings (NL, 1956) werd opgeleid aan de Academie voor Beeldende Kunst in Arnhem. Het stadsbeeld was gedurende lange tijd haar hoofdonderwerp. De laatste jaren staan vegetatievormen en groeistructuren centraal in haar werk – aanvankelijk vanuit een perspectief van bovenaf, zoals bij de stadsbeelden gebruikelijk was, maar later vanuit variabele posities. Haar meest recente werk is steeds uitgevoerd in twee heldere tonen en een vlakke techniek. Het resultaat van deze techniek ligt dicht bij het zeefdrukken, maar onderscheidt zich daarvan omdat de net zichtbare toets het handmatige karakter onderstreept. Voor de werken die hier worden getoond voerde Konings één motief in drie tonen uit, als een zich herhalende vorm.

Gemma Rakels (NL, 1995) studeerde deze zomer af aan de opleiding Fine Art and Design in Education van ArtEZ, Arnhem. Haar huidige werk, met de overkoepelende titel 1.5.6.30.18, vormt een bijna meditatieve zoektocht naar rust en stilte. Elke tekening kwam tot stand op basis van hetzelfde ascetische proces: met minimale middelen – haar eigen lijf, een stuk papier en een fineliner – herhaalde ze vijf dagen lang, zes uur per dag in hetzelfde ritme een enkele beweging, “lijn na lijn / streep na streep / met toewijding en concentratie / die niet te breken valt”.

Anneke de Witte (NL, 1957) woont en werkt in Amsterdam en volgde haar opleiding aan de Koninklijke Academie voor Kunst en Vormgeving (KABK) in ’s Hertogenbosch. Ze maakt beelden van metaal, brons, aluminium, hout, keramiek en natuursteen, meestal in een combinatie van twee van deze materialen. Een belangrijk thema in haar werk is ‘het eiland’ en dan met name het onderwaterdeel ervan, als de onzichtbare oorsprong van een wereld op zichzelf die zowel een paradijselijk toevluchtsoord of rustpunt als een verdoemoord kan zijn. De Witte toont op deze tentoonstelling twee muurbeelden van keramiek waarvan de vorm doet denken aan de energie komend vanuit het donker naar het licht – en vice versa.

Marius van Zandwijk (NL, 1970) bevindt zich in de afrondende fase van de avondopleiding Fine Arts (DOGtime) aan de Gerrit Rietveld Academie in Amsterdam. Daarnaast heeft hij een achtergrond als bestuurskundige. Zijn werk, een combinatie van schilderijen en sculpturen, onderzoekt hoe persoonlijke ervaringen en verhalen zich verhouden tot collectieve narratieven. Een startpunt vindt hij altijd dichtbij huis: plekken waar hij is geweest, familieherinneringen, etc. Van Zandwijk is gefascineerd door de ambiguïteit van onuitgesproken werkelijkheden. Het hier getoonde werk Ysselsteyn bestaat uit een serie schilderijen van dezelfde plek. Hiermee kan hij doordringen in de complexiteit en subjectiviteit van de Duitse militaire begraafplaats in het gelijknamige Limburgse dorp. Hoe herinneren wij en hoe gaan wij om met herdenken?

Hubert Zeeman (NL, 1954) woont en werkt in Amsterdam en werd opgeleid aan de Academie voor Beeldende Vorming, Amsterdam. De afgelopen veertig jaar bouwde hij een oeuvre op van beelden die een spel spelen van ruimtelijkheid en vlakheid en waarin lijnen, hoeken en vlakken een imaginaire wereld oproepen. Sinds 2014 vormen de bomen in het Franse natuurgebied waar hij om de maand woont zijn voornaamste inspiratiebron. Vanuit zijn Amsterdamse atelier schetst hij uit het hoofd de groei en vertakkingen van veelal solitaire, dode bomen. Vervolgens giet hij deze schetsen in beton, met een vaak gedeeltelijk onvoorziene uitkomst tot gevolg.